Weld your way.

Documentatie

Documenten

Veelgestelde vragen

Hoe krijg ik toegang tot de grafische gebruikersinterface en hoe bedien ik C-Gate?

De webinterface biedt verschillende mogelijkheden om gegevens te visualiseren en C-Gate te beheren. Dit kan worden opgeroepen met alle huidige webbrowsers met het bijbehorende adres. Als uw browser niet compatibel is, wordt u daarvan op de webinterface op de hoogte gesteld en krijgt u een aanbeveling.

Waar bevindt zich C-Gate (Edge Gateway)?

C-Gate is geïnstalleerd in de schakelkast in het onderste deel van de deur. Het is een IPC met een label op de voorkant. Dit label toont de aanmeldingsgegevens en netwerkinformatie. Bij een systeem met meerdere schakelkasten vindt u C-Gate in de schakelkast van de master.

Wordt C-Gate (Edge Gateway) van stroom voorzien?

Controleer of de LED in de aan/uit-knop, linksonder op C-Gate, brandt. Als het wit oplicht, wordt de C-Gate gevoed en ingeschakeld. Als de LED rood is of niet brandt, probeer dan C-Gate te starten door kort op de aan/uit-knop te drukken. Als de IPC niet start, controleer dan of de LED op de op de IPC aangesloten voedingseenheid brandt. Indien dit niet het geval is, is de 230V/110V voeding mogelijk niet aanwezig. Controleer dit en/of neem contact op met CLOOS support.

Waarvoor dienen de verschillende C-Gate (Edge Gateway) verbindingen?

Voor de werking op C-Gate zijn alleen de stroomaansluiting en de netwerkverbindingen van belang. Via alle andere aansluitingen (RS-232, WIFI, HDMI, USB, ...) zijn geen functies beschikbaar.

Wat moet er gebeuren in geval van service (uitval van de Edge Gateway)?
  1. Sluit indien mogelijk de IPC af via de webinterface.
  2. Koppel de IPC los van de voeding door aan de stekker aan de linkerkant te trekken.
  3. Noteer welke kabel naar welke poort gaat en koppel vervolgens de twee netwerkkabels los.
  4. Ontkoppel de aarding van de IPC.
  5. Trek het lipje aan de onderkant naar beneden om de vergrendeling van de beugel van de hoedrail los te maken (zie foto 1).
  6. Haal de IPC van de DIN-rail en presenteer hem aan de technicus.
  7. Plaats na het servicebezoek de IPC terug op de rail en zet hem vast door op de vergrendeling te drukken (zie foto 2).
  8. Sluit de aarde, de netwerkkabel en de voeding opnieuw aan.
  9. Start de IPC opnieuw op.

Hoe kunnen de netwerkinstellingen opnieuw worden ingesteld (Edge Gateway)?

Als de netwerkinstellingen zodanig zijn gewijzigd dat C-Gate niet meer via het netwerk kan worden bereikt, kunt u het via een tweede nood-IP-adres bereiken.

  1. Sluit rechtstreeks met een kabel aan op de IPC op poort 1.
  2. Lees het overeenkomstige MAC-adres of nood-IP-adres op de behuizing af.
    • Het nood-IP-adres is 169.254.0.0/16 in het netwerk.
    • Het MAC-adres 11:22:33:aa:bb:cc resulteert in het nood-IP-adres 169.254.187.204.
      • De eerste twee blokken 169,254 zijn altijd hetzelfde.
      • De laatste twee blokken zijn afgeleid van de laatste twee blokken van het MAC-adres. Zet de getallen om van hexadecimaal naar decimaal.
  3. Configureer uw eigen terminal om op hetzelfde netwerk te zitten.
  4. Nu kunt u de webinterface via het IP-adres van de IPC met een browser bereiken en opnieuw correct configureren.

Waarom verschijnen er geen procesgegevens (bijv. spanning of stroom) op het dashboard?

Procesgegevens kunnen alleen worden weergegeven als u een Carola programma hebt met het oude lijstconcept of als u werkt met het nieuwe QTI-lijstconcept en de besturingssoftware versie QS2.8 of nieuwer is.

Waarom worden mijn onderdelen niet correct geregistreerd?

Vergelijk de procedures van uw MASTER-programma met de documentatie en pas deze dienovereenkomstig aan. Gebruik de procedures SEAMSTRT en SEAMEND als u de module C-Gate.QM gebruikt.

Hoe wordt de algemene doeltreffendheid van de apparatuur (OEE) of de productiviteit van QINEO berekend?

Overall Equipment Effectiveness (OEE) is samengesteld uit de meeteenheden beschikbaarheid, prestatie en kwaliteit. De productiviteit van QINEO bestaat uit de metrieken beschikbaarheid en prestatie. De exacte berekening staat in de desbetreffende documentatie.

Waarom is de algemene doeltreffendheid van de apparatuur (OEE) of de productiviteit van QINEO laag?

De metrische beschikbaarheid hangt af van de capaciteitsplanning, die overeenkomt met de geplande werktijd. Bijvoorbeeld, zodra de installatie of uitrusting wordt uitgeschakeld, wordt de installatie als niet beschikbaar beoordeeld. Voor de prestatiemeting is het van belang dat uw onderdelenprogramma's voorzien zijn van de gedocumenteerde Carola instructies en dat de doeltijden op de juiste wijze zijn ingevoerd in de componentensjablonen. De kwaliteitsmetriek wordt ofwel automatisch bepaald, via de procesgegevens, ofwel handmatig, via een invoer door de werknemer bij de machine. QS2.8 of nieuwer, QTI- en SD-bewaking en de module C-Gate.QM zijn vereist voor automatische bepaling.

Waarom verschijnt er onjuiste tijdsinformatie op het dashboard of in het componentenlogboek?

De C-Gate tijd kan worden ingesteld in de instellingen van de webinterface. Synchroniseer de tijd handmatig of voer een tijdserver in voor automatische synchronisatie.

Waarom zijn functies niet vergund?

De functies van C-Gate zijn onderverdeeld in modules, die elk een licentie moeten krijgen. Neem contact op met CLOOS voor de licenties van verdere modules of installaties.

Waarom kan de robot geen programma's uitwisselen met C-Gate?

Het C-Gate programmabeheer kan alleen worden gebruikt als de module C-Gate.PG gelicentieerd is voor de betreffende robot en de optie 'Programmabeheer met C-Gate' op de robot is ingesteld. Daarnaast moet ofwel het C-Gate IoT Connector adres (indien beschikbaar) of het C-Gate IoT Hub adres in de robot worden opgeslagen. Bovendien moet de apparaatspecifieke token van de robot worden opgeslagen in de robotinstellingen. De robot moet minimaal softwareversie QS2.12 hebben. Van tijd tot tijd helpt het als het adres van de C-Gate IoT Connector in de robot wordt ingesteld als de standaard gateway in de netwerkconfiguratie.